Vanaf mórgen komt er méér wind. Ik ben de tel kwijt geraakt hoe vaak we dat al op basis van de weervoorspellingen hebben gedacht. En ik weet ook niet meer hoe vaak ‘morgen’ toch weer een dagje is opgeschoven.
Vandaag is alweer geen ‘morgen’, als je begrijpt wat ik bedoel. De wind laat het afweten, en het beetje wind dat er is, komt bijna pal van achter. Omdat de boot met de wind meevaart en je dus eigenlijk de bootsnelheid nog van de windsnelheid af moet trekken, hou je effectief nauwelijks wind over. Vannacht konden we met een uitgeboomde genua nog 2-3 knopen varen, maar sinds vanmorgen staat de brommer weer aan. Balen. Zeker omdat we eigenlijk wel graag het koufront dat achter ons aan komt zouden willen ontlopen. Het zag er lange tijd naar uit dat we ruim vóór dat front in Horta aan zouden komen, maar het front beweegt zich wat sneller dan eerder voorspeld oostwaarts en wij wat langzamer. We moeten dus nog zien hoe dat gaat lopen.
In elk geval had ik er gisteravond even goed de pest over in. Rationeel weet ik: de omstandigheden die we misschien over ons heen krijgen zijn helemaal niet dramatisch. We hebben in veel ergere omstandigheden gevaren en dat ging prima. Maar windkracht 7, een klotsende zee en regenbuien: ik kijk er niet naar uit. Ben ik verwend geraakt door ruim twee weken supercomfortabel zeilen? Of word ik hier even fijntjes geconfronteerd met het feit dat het niet gaat zoals ik zelf het liefste zou willen?
Mijn wacht onder een hele donkere sterrenhemel helpt om het te relativeren. Te accepteren dat we misschien vanaf zondag twee dagen tegemoet gaan waarin we de kiezen even op elkaar moeten zetten. Me te realiseren dat ik maar beter gewoon nog even kan genieten van hoe het nú gaat. Ik kan de toekomst toch niet veranderen door erover te piekeren. Het blijft een mooie mentale leerschool deze reis.
Tijdens mijn nachtelijke mijmeringen hoor ik ineens ‘pfieeew’ naast me, een aankondiging van een kwartier durende show van dolfijnen rondom de boot. Door fluorescentie lijken er net allemaal zilveren torpedo’s om de boot heen te schieten. Ze springen en spelen. Het lijkt alsof ze helemaal voor mij zijn gekomen, om tegen me te zeggen: “het komt allemaal wel goed!”
De statistieken:
– Dagen onderweg: 17
– Totaal afgelegde afstand: 1758 nm
– Afgelegde afstand afgelopen etmaal: 84 nm
– Afstand nog te gaan: 732 nm (in een rechte lijn)
– Onze lokatie om 16.20 uur UTC: 38°27’61 N, 044°13’62 W
Makkelijk praten vanaf een luie bank die niet beweegt en zonder koufront op m’n hielen, maar zet ‘m nog even op die laatste week!! Hopelijk weten jullie het goede deel (wind uit een gunstige richting) er uit te pakken en blijft de regen en sh*t golven jullie bespaard. En anders een lekker zoete douche voor boot, lijf en leden? Wij zitten in kamp-dolfijnen: het komt goed!
Nóg maar harder duimen dan. Om het koufront af te remmen en de wind, uit de meest gunstige richting, weer aan te zetten. Zodat ‘morgen’ ook écht ‘morgen’ wordt. We doen ons uiterste best!
En zolang er dolfijnen zijn die je uit een dipje komen trekken…
Niet de moed verliezen hè!
Heel veel liefs, knuffels en een dikke kus XXX
Ik hoop dat je de dolfijnen op foto hebt. Dat moet een mens toch goed doen om ze van zo dichtbij in het wild te mogen bekijken. Geniet
Ooohh Yvet, zó herkenbaar. Er even helemaal doorheen zitten, en dan… die lichtgevende dolfijnen!!
Ben zo trots op jullie. De baalmomenten horen er helaas ook bij… En zo te lezen weet je het al weer vrij snel te relativeren. Knap hoe je weer terug kan komen naar het ‘nu’. Pft die eeuwige zoektocht naar balans in controle en overgave…. Je bent een topper!!! Xx Iris