Vandaag mikken we op Rørvig, aan de noordkust van Sjaeland. De eerste helft van de route is noordwestelijk, en raad eens welke wind wij hebben: noord-west. Dat was op zich al voorspeld, maar de windkracht is veel sterker dan voorspeld (20 knopen). Toch maar proberen, er zijn onderweg nog wel een paar alternatieven.
We ontbijten op ons gemakje en daarna zuigen we onze afvalwatertank leeg bij de installatie die daarvoor aanwezig is in de haven. Tja, we lijken patent te hebben op problemen met de afvalwatertank. Na Turkije blijkt de tank ook hier verstopt te zijn.
Uiteindelijk varen we rond een uur of 10.00 de haven uit. Yvet maakt vaart om alle stootwillen en lijnen in de kuip te krijgen en dat is maar goed ook, want zodra we de havenhoofden uit zijn, staat er een flinke golfslag. Niet zo gek, met 24 knopen wind. We beuken op de motor een paar uur pal tegen wind en golven in, maar gaan gemiddeld maar zo’n 2,5 knoop (over de grond). Er schijnt hier met harde wind veel stroom te staan en dat is duidelijk te merken. Als we na onze lunch (brood met heerlijke makreelsalade) nog steeds maar een mijl of 7 hebben afgelegd en we uitrekenen dat we met deze snelheid vanavond pas heel laat in Rørvig aan zullen komen, gaan we toch maar de alternatieven bekijken. Nu we die eens wat beter bekijken, blijken dat alle haventjes binnen handbereik te ondiep zijn voor ons, op één haven na: die van Gilleleje. Het havenboek meldt echter dat deze haven bij zwaar weer moeilijk aan te lopen is. We besluiten daarom terug te keren naar Helsingør. Met 24 knopen wind varen we vóór de wind op de fok in no time het stuk terug waar we op de heenweg zo over hebben geploeterd. Als we de haven binnenlopen is de wind zelfs opgelopen tot 28 knopen. De stroming staat flink langs de havenhoofden, dus we moeten even goed mikken om binnen te varen, maar uiteindelijk liggen we binnen een uur nadat we besloten om te keren alweer keurig afgemeerd in dezelfde box in de haven van Helsingør.
De wind houdt de rest van de dag aan, maar omdat we beschut achter onze buiskap zitten, is het heerlijk buiten. We lezen de rest van de middag lekker beschut in het zonnetje en eten ’s avonds (ook nog lekker buiten) een zelfgemaakte garnalencurry met rijst.