Het is natuurlijk niet zo stoer om op te scheppen over onszelf. Maar het moet toch even gezegd: wij worden inmiddels steengoed in ‘nemen zoals het komt’. Een maand geleden hadden wij de noodzakelijke klussen wel afgerond en waren we klaar om over te steken naar Jamaica. Maar net op dat moment begon het te waaien. Stevig te waaien. Nou houden wij als zeilers wel van een beetje wind, maar dit was wat te veel van het goede. De Christmas Winds, zo lazen wij in de boekjes, is een periode van stevige wind die typisch rond Kerst voorkomt en soms wel een week aan kan houden. Uhuh. Dat hebben we geweten. We hebben hier een héle lange Kerstperiode gehad, want al sinds half december waaien we hier uit onze panty. En zeker op de Caribische Zee (die we over moeten steken), staat er weken achter elkaar wind met vlagen van meer dan 35 knopen (=windkracht 8), die de golven op de zee opstuwt tot 3,5 – 4 meter. Te veel om te vertrekken; dat betekent dus bonustijd in Curaçao. Leuk is dat, hè: Dat we het nu bonustijd noemen? Eerder duidden we onze verwaaide tijd vooral aan in termen van ‘wachttijd’. Het is maar een woordje, maar maakt een wereld van verschil. Het lukt ons heel goed om niet onrustig te worden als de wind onze plannen vertraagt. Sterker nog: we maken volop gebruik van de extra tijd die ons gegund is!
De verwaaide weken vullen we met een mooie mix van aangename, nuttige, culturele, toeristische en erg smerige bezigheden. Vlak voor Kerst begint het al goed. We willen graag een testritje maken op de Amuse, nu we reparaties aan de motor en aan de stuurautomaat hebben uitgevoerd. En laat er nu net één dag zijn dat de wind even íets rustiger is. We gaan dus nog eens proberen om Klein Curaçao te bereiken, een eiland zo’n 11 kilometer van Curaçao vandaan. Met Matthijs en Yvonne lukte dat een paar weken geleden niet. Nu lukt het wel. Het eiland zelf is onbewoond, maar wel een beetje verpest door partyboten die er overdag hordes mensen heen brengen. ’s Avonds varen die gelukkig weer allemaal weg en hebben we het eiland (bijna) voor ons alleen. Als de volle maan pal achter de vuurtoren opkomt, hebben we een schitterend uitzicht. Mooier kan niet. Het enige jammere is, dat de wind weer aanwakkert tegen de tijd dat we willen gaan slapen. Op zich is dat niet erg, alleen ontstaat er met die wind flinke deining die om het eiland heen krult. Het begint met wat geschommel, maar halverwege de nacht is de deining zó toegenomen, dat het zelfs in stabiele zijligging onmogelijk is om een oog dicht te doen. ’s Ochtends dus snel weer terug naar het Spaanse Water, waar we wel héél beschut liggen tegen de golven. Ach, al met al een aardig tochtje, en vooral goed nieuws dat onze testrit geslaagd is!
Waar we verder heel blij mee zijn, is dat we net voor de Kerst nog ons visum voor Amerika in orde kunnen maken. In elk van de landen die we tot nu toe hebben bezocht, volstond het om ons na aankomst te melden en in te klaren. In Amerika (of in ons geval Puerto Rico, dat ook onder de Amerikaanse wet- en regelgeving valt) werkt dat anders. Als zeiler moet je een visum hebben, op straffe van $5.000 per persoon als je zonder visum arriveert. Het bemachtigen van zo’n visum vergt nogal wat voorbereiding en planning. Hier op Curaçao is het voor Nederlanders relatief eenvoudig om zo’n visum te verkrijgen. Je vult eerst online een hele zwik formulieren in (kostte ons zo’n 4 uur werk) en maakt dan een afspraak voor een interview op het Amerikaanse consulaat in Willemstad. Dat gaat natuurlijk niet meteen, maar met een wachttijd van een paar weken. Vervolgens mag je op het consulaat verschijnen en na een grondige veiligheidscheck (lees: door metaaldetector, gefouilleerd, tassen en telefoons achterlaten) wordt je geëscorteerd naar de dienstdoende ambtenaar. Na betaling van het absurde bedrag van $160,- per persoon (wat gelukkig nog steeds minder is dan die $5.000,-), en nadat de diender met een reeks strenge vragen heeft vastgesteld dat je je écht niet permanent in Amerika wil vestigen, wordt in ons geval gelukkig het visum toegekend. En of we zo vriendelijk willen zijn om morgen ons paspoort weer op te komen halen met het betreffende bestempelde plakplaatje erin. We hebben nu toch best wel wat landen bezocht, maar de toegang tot Amerika blijkt meer moeite én geld te kosten dan alle landen tot nu toe opgeteld hebben gekost. Nou ja, het stempel staat!
De feestdagen zijn vooral heel erg gezellig. Die beginnen met Kerstavond bij Rob en Hilde op de Happy Hour. We worden uitgenodigd om samen een avondje Kerstherrie te maken, dus gewapend met gitaar, klarinet, hapjes en drankjes stappen we in de bijboot. Ik weet niet precies hoe laat het is als we – met muziekinstrumenten en volle buik – terugvaren naar de Amuse. Maar gezellig is het zéker!
Kerst vieren we op eigen boot. De eerste Kerstdag brengen we een tikkeltje brak door met een filmmarathon. Gezellig binnen in de kajuit onder de Kerstboom. Hoewel het – zoals vrijwel altijd hier – prachtig zonnig is, hebben we toch behoefte aan het Kerstige kruip-in-je-eigen-coconnetje-gevoel. Tweede Kerstdag trekken we erop uit en wandelen we naar Mambo-beach. Een geweldige wandeling door duin- en bosgebied. En zo komt het dat we op Tweede Kerstdag met een ijskoud biertje in de hand en de voetjes in het zand eindigen. Heerlijk. Op datzelfde Mambo-beach staat een paar dagen later trouwens het podium voor Miss Montreal, waar we met Rob en Hilde naartoe gaan. Een avond de voetjes van de vloer. Wel een beetje raar, want het lijkt gewoon een Nederlands feestje. Maar dan in korte broek onder de palmbomen.
Als je nou denkt dat het hier alleen maar feestvieren is, zal ik je maar even uit je droom helpen. Ergens tijdens de feestdagen sneuvelt de hoes voor onze bijboot, die ik in Suriname heb gemaakt. De zon heeft de stof volledig opgegeten. We kunnen eigenlijk niet te lang wachten met het maken van een nieuwe hoes, anders zal de zon ook de bijboot zelf ‘opeten’ en die bijboot is essentieel om van de Amuse naar de kant te komen. Inmiddels hebben we betere stof op de kop getikt (echte Sunbrella) en omdat we toch verwaaid liggen, duikel ik de naaimachine op uit zijn verstopplek en ga aan de slag. Na dagen van vloeken en tieren op een warme boot is het ding driekwart klaar en … vindt de naaimachine het genoeg geweest. Hij doet het niet meer. Grrr… Nou is Stijn uitermate handig met alle techniek op de boot, maar het lukt hem niet om dit euvel op te lossen. Oké, laten repareren dan maar. En hoe doe je dat op een plek waar je de weg niet kent? Juist ja: Google. Hmmm… ik kan slechts één adres vinden van een naaimachinereparateur. Geen website. Geen emailadres. Geen idee of hij nog bestaat. In Nederland is elk zichzelf respecterend bedrijfje eenvoudig op internet te vinden. Hier werkt dat toch anders, hebben we al vaak gemerkt. Op de gok ernaar toe dan maar. Op 3 januari (ik vermoed dat ik het rond de feestdagen überhaupt niet hoef te proberen) stap ik om half negen ’s ochtends met de naaimachine in de bijboot. Rond 9.00 uur gaat hier in de buurt de bus naar het centrum van Willemstad en vandaaruit kan ik (met een uur wachttijd) weer een bus nemen naar de plek waar ik moet zijn, ergens in een buitenwijk. Nog een stukje lopen met de naaimachine onder de arm en ja hoor: ik heb geluk… hij is open. En ze kunnen ‘m repareren. Ik kan ‘m over vier dagen weer ophalen. Als ik vertel dat ik 2,5 uur heb gereisd om er te komen (wat ook echt waar is), belooft de vriendelijke dame me dat ze de machine dezelfde dag nog repareren. Ik hang wat rond in de buurt en eet een bord Galiña Stoba (stoofkip met rijst, bonen en bakbanaan) in een lokaal tentje waar ze een beetje vreemd opkijken van een witte vrouw die hier in d’r eentje komt lunchen, maar waar ik al snel in handen-en-voeten-Spaans-Papiaments een leuk gesprek heb met de uitbater. We lachen hardop om het bericht uit Nederland dat een hele buurt zich druk maakt over een vrolijk groen geschilderd huis. Een paar uur later staat mijn naaimachientje inderdaad keurig op mij te wachten en na een lange terugreis stap ik aan het eind van de middag weer in de bijboot op weg naar de Amuse. In Nederland zou me dit zeker geen dag gekost hebben, maar hier is het helemaal prima zo. Ik ben al lang blij dat ik mijn project kan afmaken.
Met de bijboot terug naar de Amuse is trouwens een natte onderneming nu het zo waait. Het is recht tegen de wind en de golven in, en dat levert vaak een nat pak op. Inmiddels zijn we daarop voorbereid en nemen we altijd een paar vuilniszakken mee om onze spullen droog te houden. Je denkt misschien: laat die spullen gewoon weer even drogen. Maar alles wat zout is geworden, blijft vocht aantrekken. En vochtige spullen gaan in dit klimaat schimmelen. Het zout proberen we dus zo goed en kwaad als het kan buiten te houden. Ook als dat betekent dat we in ons ondergoed in de bijboot terugknorren naar de Amuse 😉.
Al overtuigd dat het niet alleen maar glamour is hier aan boord? Nou, mijn naaiproject is ‘alleen maar’ vervelend te noemen. Stijn heeft een project wat niet alleen vervelend, maar ook nog eens heel smerig is. Als je niet tegen een beetje smerigheid kunt, moet je deze alinea maar even overslaan. Net na Kerst blijkt ons toilet verstopt. Op zich is dat al wel eens eerder gebeurd. Meestal is het een kwestie van even wachten en dan weekt het vanzelf los. Maar dat werkt deze keer blijkbaar niet. Ergens op onze to-do-lijst-die-nooit-af-is stond al dat we de slangen van ons toilet een keer moesten vervangen, maar eerlijk is eerlijk: deze klus stond altijd vrij ver onderaan het lijstje. Om de één of andere reden is dat toch een klusje waar je pas aan begint als er sprake is van urgentie. En die is er nu. Van poepen op een emmer is nog nooit iemand doodgegaan, maar na twee dagen heb je daar toch wel genoeg van. Gelukkig weet Stijn nog net op Oudejaarsdag nieuwe slangen te kopen, de aansluitingen wat om te leggen en het euvel te verhelpen. Respect voor Stijn! Klagen doen we trouwens niet over al die klussen. Nee, voor ons hoort het ‘zelf doen’ helemaal bij deze reis. Het geeft ontzettend veel voldoening om zo zelfvoorzienend te kunnen zijn.
Nu we weer vrolijk kunnen poepen, zijn we klaar om het nieuwe jaar te verwelkomen. En da’s maar goed ook, want de laatste uurtjes van 2018 zijn inmiddels aangebroken. In Willemstad schijnt de laatste dag van het jaar vooral ’s middags een happening te zijn. Met Rob en Hilde maken we plannen om daar met de bus naartoe te gaan, en gaandeweg blijken ook onze Portugees-Thaise buren zich bij ons aan te sluiten, net als Jackie, een stoere 68-jarige Australische oma die in haar eentje de wereld overzeilt. Een bont gezelschap. In Willemstad is de traditie dat de winkels ’s middags vroeg sluiten en dat er daarna overal miljoenenklappers worden afgestoken. Vooral in de wijk Pietermaai is het enorm druk en gezellig. In Punda staat er een salsabandje op straat te spelen. Ik kan het niet laten om even mee te dansen. Ik moet natuurlijk alvast oefenen voor Cuba. Vóór ik het weet sta ik met een van de zangers van de band op straat een potje salsa te dansen. Wat heerlijk zeg! Halverwege de avond nemen we met ons bonte gezelschap de bus terug naar het Spaanse Water. Daar moeten we een spectaculaire panorama-view hebben op het vuurwerk dat rondom wordt afgestoken. Onze Portugese buurman nodigt ons (en de rest van het bonte gezelschap) uit om op zijn boot het nieuwe jaar in te luiden. Leuk! Volgens Portugese traditie eten we om 0.00 uur ’s nachts twaalf rozijnen (die voor elk van de maanden van het nieuwe jaar voorspoed moeten brengen) en eten we pompoenbeignets, die wij gewoon naar oliebollen vinden smaken en die prima samen gaan met de bubbels. Alweer heel gezellig!
Tussen zeilers onderling is ‘het weer’ vroeg of laat altijd wel een gespreksonderwerp. Zeker hier op het Spaanse Water willen de meeste boten nu wel een keertje verder varen. Allemaal zoeken we dus naar hetzelfde weervenster om hier uit te varen. Rond Oud & Nieuw gonst het: Eindelijk laten de voorspellingen vanaf 4 januari een periode met prachtige wind (niet te hard en niet te zacht) zien. Dat weervenster willen we natuurlijk niet voorbij laten gaan. Door de ingelaste projecten van de bijboothoes en de toiletrenovatie, moeten we ineens nog een beetje haast gaan maken. We ronden alle projecten af, doen de laatste boodschappen en zijn via een videoverbinding zelfs even aanwezig bij de nieuwjaarsreceptie van mijn familie in Nederland (leuk!). En we gaan nog één keertje Willemstad in. Het Kura Hulanda Museum, waarin de koloniale geschiedenis van Curaçao wordt uitgelicht, stond al lang op ons lijstje en we willen niet weg vóór we er geweest zijn. We genieten ook nog even van het ongepolijste sfeertje van Otrobanda. Gewoon lekker rondstruinen. We nemen de kleurrijke huisjes in ons op. Kijken naar mannen die op bankjes ongetwijfeld het leven becommentariëren. Luisteren naar muziek over dushi’s en kurasons die uit barretjes naar buiten schalt. Genieten van vrouwen die met trots hun rondingen dragen. Het mooiste Papiamentse woord dat ik heb geleerd is trouwens chan chan (lekkere ronde billen).
Inmiddels zijn alle voorbereidingen voor vertrek afgerond. Omdat het weervenster wat naar achteren is geschoven, is dat zonder stress gelukt. Vandaag gaan we uitklaren en morgen is het dan echt zover: dan vertrekken we naar Jamaica. Op naar een nieuw avontuur!
Tegen al die mensen die alweer de moeite hebben genomen om onze blog tot de laatste regel te lezen, willen we trouwens zeggen dat we het fantastisch vinden dat jullie zo met ons meeleven en -genieten. Dankjewel dat jullie ons zo trouw volgen! We wensen jullie het allerbeste voor 2019. En wat kunnen we jullie beter toewensen dan een jaar vol ‘bonustijd’. Een jaar dus waarin je de dingen neemt zoals ze komen, en er zelf een feestje van maakt. Een jaar vol mooie ontmoetingen en ontdekkingen, waarin je trots bent op de dingen die je zelf voor elkaar hebt gekregen, en waarin je lekker met je chan chan een dansje op straat maakt! Op een prachtig nieuw jaar dus!
PS. Wij zouden het ook heel leuk vinden om eens een wat uitgebreider bericht van je terug te lezen. Hoe gaat het met jou? Wat houdt je bezig? Waar droom je van in 2019? We houden onze mailbox in de gaten!
In mijn beleving is jullie hele reis bonustijd 😉 Geniet samen!
Je hebt gelijk, Marco!
Douwe en Teun zijn blij met de update over de stoelgang en de staat van de faciliteiten daarvoor 😉
Whahahaha! Douwe en Teun, als we terug zijn mogen jullie wel eens langskomen hoor! En dan mogen jullie ook van de wc gebruik maken!
Wow! Wat een verhaal weer en wat een avonturen, dank voor het delen, word ik blij van en best wel een beetje jaloers. Een mooi 2019, geniet!
Wat een fijne verhalen weer! Ik hou ‘m er in als voornemen voor 2019, een boel bonustijd! :-). Heel veel goeds weer voor jullie!
Hi Yvet, ik heb je gemaild op je yvetbeckers@hotmail.com maar weet niet of je die überhaupt kan lezen.
Liefs daan
Hi Daan, jazeker heb ik je mail gelezen! Superleuk! Ik heb je inmiddels al teruggemaild!