Lekker Limen

Een jaar na vertrek uit Nederland zijn we gearriveerd in Tobago, het begin van ‘de Carieb’. Dat hadden we vorig jaar nog niet gedacht, en Trinidad & Tobago klonk me toen echt als het andere eind van de wereld in de oren. Ik had het niet eens aan kunnen wijzen op de kaart. Het zijn ook best wat zeemijlen (onze totaalteller staat inmiddels op 6.500 mijl, een kleine 12.500 km), maar stapje voor stapje via Europa, Afrika en Zuid Amerika zijn we er langzaam naartoe gegroeid en voelt het bijna als ‘dichtbij’ vanuit onze vorige bestemming Suriname.

Tobago maakt direct weer een andere indruk dan de plekken waar we tot nu toe zijn geweest. Wanneer we de zuidpunt van Tobago naderen, worden we vergezeld door een Leatherback schildpad, wow wat een groot dier! Als we Store Bay invaren, komen we terecht in helderblauw water. Zó helder dat als ik het anker laat vallen, ik het 9 meter dieper op de bodem zie ploffen. Er staat een lekker verkoelend briesje, wat de gevoelstemperatuur aangenaam maakt. Op de kant ritselen de palmbomen in de wind, hun geluid wordt gemengd met tropische muziek van veel kanten. Zo hadden we ons ‘de Carieb’ wel voorgesteld!

 

Ons eerste Caribische uitzicht

 

Uiteraard hebben we ook hier weer wat formaliteiten af te handelen voordat we legaal het eiland mogen verkennen. Daarvoor moeten we naar de hoofdstad Scarborough. Vanuit Store Bay te ver voor de benenwagen dus nemen we de taxi. Waar in Nederland taxi-snorders worden geweerd, is het hier hét openbaar vervoer bij uitstek. Je kijkt naar de kentekenplaat. Begint die met een H, dan heb je een officiële High class taxi, alleen voor jou en kostprijs navenant. Begint het kenteken met een P, dan is het een gewone Personenauto en als die naar je toetert en met de lichten knippert stap je gewoon in. Kost 8 TTD (ruim een euro) per persoon. Het werkt geweldig, als je op de juiste plek staat wordt je binnen een paar minuten altijd wel opgepikt. Het is wel een gedeelde taxi dus af en toe stapt er iemand in en weer uit, helemaal prima. We krijgen in de taxi die ons naar Scarborough brengt ook meteen een mooi idee van hoe onze mannelijke taxichauffeur zijn goedkeuring voor jongedames uitdrukt. Regelmatig toetert hij naar vrouwen en roept vast hele charmante opmerkingen door het open autoraam. Als er een meisje bij ons op de achterbank instapt, zit ‘ie meer achterstevoren op z’n stoel naar haar te koekeloeren dan dat ‘ie door de voorruit kijkt en blaast haar continu kusjes toe… Real love… En wel vermakelijk.

Het inklaren in Scarborough gaat soepel en behoorlijk vlot. Wel blijf ik me afvragen waar de Immigratieafdeling 4 carbon-papier-kopieën van de crewlist (plus 1 origineel in onze eigen layout) voor nodig heeft, en waarom je bij Customs van tevoren op de ‘Bay hop permit’ precies aan moet geven waar je de komende weken gaat verblijven. Hoe weten wij dat nou? Hebben we net onze planmatigheid uit Nederland achter ons gelaten… Gelukkig is het een multiplechoice-formulier en kruisen wij dus héél veel plekjes aan, zal het altijd wel goed zijn.

Blij met de stempels en vergunningen kijken we nog even rond in de stad. Veel levendigheid, veel kleur en ook hier weer veel muziek! Op diverse plekken rijden er een soort mobiele CD winkeltjes rond met daarop vooral héle grote luidsprekers, waarvan het vermogen ten volle wordt benut. Het is gezellige tropische muziek, het maakt het sfeervol.

 

Oordoppen in!

 

Terug bij Store Bay proeven we direct nog maar méér van Tobago: we gaan voor een echte Bake ’n Shark, een soort hamburger met gebakken haai. Best ok, maar ook wel een beetje klef. En omdat we vandaag precies een jaar onderweg zijn trakteren we onszelf op een Famous Rum Punch van onze cocktailman D’ Man on the Rocks. Heel lekker met wat nootmuskaat, kaneel en allerlei vruchtensapjes. Uitkijkend over Store Bay, waar de Amuse vredig achter het anker dobbert in dat helderblauwe water, prijzen we onszelf super gelukkig dat we nu hier zijn. We genieten ervan dat we het gewoon hebben gedaan. Van alles wat er goed ging en van de paar dingen die tegenzaten die we hebben kunnen tackelen. Van puur leven.

 

Vanochtend was het een haai, nu is het een hamburger

 

Proost! op 1 jaar samen genieten op de Amuse

 

Store Bay en het naburige Pigeon Point blijken wel behoorlijk gericht op toeristen. Voor zeilboten is het hier inmiddels laagseizoen, maar er is nog wel bescheiden aanvoer van vakantievierders via de luchthaven. Als enige ‘yachtie’ hier ontkomen we de eerste dagen ook niet aan de opportunisten die ons vragen of we een strandstoel willen huren, of we een boottrip willen maken naar een rif in de buurt met een glasbodem boot. Nee bedankt. Wanneer we dan wel willen? … Als je daar even omheen kijkt is het een hele plezierige plek om te zijn. Een prachtig kustgebied, je kunt er heerlijk zwemmen, er hangt een relaxed sfeertje, de oceaandeining houdt zich hier gedeisd, de ankergrond is goed, er is water op de kant en we kunnen onze bijboot veilig achterlaten op het strand. Dat laatste is nog wel een dingetje. Met onze bijboot komen we door de branding op het strand mééstal droog aan, maar er zitten nog wel eens wat natte landingen tussen. Dan breekt er net een golf als wij willen in- of uitstappen. Verfrissend, maar alles (kleren, boodschappen of waterjerrycans) is ook wel zout… Goede timing is essentieel. Inmiddels hebben we ook geleerd om de landingen gewoon in bikini en zwembroek te doen en onze kleren pas op het droge uit de plastic tassen te halen.

 

Palmbomen, wit zand, Pigeon Point

 

Op weg naar Pigeon Point liggen de vissersboten op de kant

 

Wel uitkijken voor deze bomen, ze staan overal en zijn giftig!

 

Tobago staat onder andere bekend om de mooie snorkelplekken. Onder begeleiding van Duane Kenny gaan we snorkelen bij Mount Irvine en bij Arnos Vale. Prachtig om in zo’n helder water zo veel tropische vissen te zien. Het lijkt net alsof we in een levensgroot aquarium rondzwemmen. Zeker voor Yvet is het dubbel prachtig want zij was altijd angstig om te snorkelen en vooral door de adempijp te ademen. Met wat goede tips van Duane geniet zij er nu ook van, trots op haar! We zien allerlei soorten, maten en kleuren, maar een grote barracuda, pijlstaartrog, octopus en prachtig gekleurde queenfish blijven ons wel erg bij.

 

Bijna surrealistisch

 

Dansende inktvisjes

 

Mooie tropische vissen, ze zouden in het aquarium bij de Chinees op de hoek niet misstaan

 

Naast het onderwaterleven laat Duane ons ook nog kennismaken met een typisch Tobagiaans fingerfood hapje: een double. Vanuit de laadruimte van een busje worden een soort eierpannenkoekjes gevuld met een kikkererwtensausje en naar keus puur (‘plain’), een beetje pittig (‘slight’) of erg pittig (‘spice’) op een servetje in je handen gedrukt. De echte Tobagiaan eet het het liefst als ontbijt. Wij gaan voor de ‘slight’, lekker en een goed voedzaam voorgerechtje.

Duane laat ons ook nog een heel bijzondere racebaan zijn in Buccoo, eentje die met veel overheidsgeld is aangelegd en 1-2 keer per jaar wordt gebruikt… voor geitenraces. Als ik Duane vraag of geiten sowieso wel in een rechte lijn kunnen rennen, antwoordt hij me dat het echt serieuze business is. Het gaat hier om heuse ‘racegeiten’. Helaas dus niet al te vaak te aanschouwen, anders hadden we het graag gezien 😊.

Terug in Store Bay blijft die geiten-business toch in beetje in ons hoofd hangen en lunchen we met geitencurry dumplings. Een soort gekookte pannenkoeken waarmee je de curry vastpakt en opeet. De geitencurry is lekker, die dumplings zijn wel een beetje klef… We missen het lekkere eten uit Suriname wel een beetje, daar vonden we álles lekker.

Dat Tobago nog veel meer te bieden heeft dan Store Bay en Pigeon Point blijkt wel als we een paar mijl verder noord varen en in Courland Bay ons anker laten vallen. We liggen hier prachtig! ’s Avonds troeven de pelikanen en fregatvogels elkaar af bij kamikaze duikvluchten in het water om de vissen eruit te pikken. Wat een schouwspel, we kunnen er de hele avond naar kijken. Bovendien liggen we recht voor Turtle Beach. Hier komen tussen april en juni zeeschildpadden hun eieren in het zand leggen in kuilen die ze met hun achterpoten graven. We gaan ’s avonds naar het strand om dit bijzondere stukje natuur te aanschouwen, maar helaas blijken we toch al laat in hun legperiode te zijn. We vinden nog wel verse kuilen in het zand, maar zien zelf geen schildpadden die hun eieren leggen.

 

Op weg naar Courland

 

Pelikanen en fregatvogels spelen visjepik

 

Turtlebeach, een mooie plek voor schildpadden om hun eieren te leggen

 

Nog een paar mijl verder naar het noorden komen we in Castara. Een prachtige baai om te liggen tussen de hogere heuvels van het noordelijke deel van het eiland. Hier moet het ‘limen’ wel uitgevonden zijn. Limen is Tobagiaans voor ‘chillen’, ‘relaxen’ of ‘rondhangen’. Onder een amandel- of palmboom, zittend, hangend of liggend in een hangmat. In een groepje of alleen, selfie-makend, pratend of starend. Met een biertje of een fles rum. En heel vaak met een joint. Dit is de meest ‘relaxte’ plek die we tot nu toe hier hebben gezien, of misschien worden we zelf ook wat bedwelmd door de wietlucht.

Hoe dan ook is er toch nog een visser die niet aan het limen was en ons zijn verse mahi mahi vangst laat zien als hij terug de baai binnen komt varen. We maken een dealtje en even later liggen er voor 2x bakken en 1x sashimi mahi mahi in de koelkast!

 

Verse mahi mahi

 

En verse sashimi

 

Die lekkere maaltjes moeten we natuurlijk wel verdienen, dus trekken we onze schoenen aan en maken ons op voor een tocht in de heuvels rond de baai. Voordat we de bossen in trekken, bestellen we nog lekkere verse broden die hier twee keer per week traditioneel in een kleioven worden gebakken. We hebben wel zin in een knapperig brood na het zachte fabrieksbrood dat hier normaal verkrijgbaar is.

Met een stukje ‘pone’, koek van cocos, zoete aardappel, cassave en lokale specerijen dat nét uit die kleioven kwam als ‘noodrantsoen’ in onze rugzak – je weet immers maar nooit onderweg 😉- , stappen we door het natuurschoon. Van een frisse waterval in het bos naar een prachtig uitzicht over de baai bovenop de heuvels. Sommige stukken zijn lekker klauteren, goed om de kuitspieren weer eens te trainen.

 

Lekker even in de schaduw lopen naar Castara Waterfalls

 

Amuse vredig tussen de vissersbootjes

 

Op de terugweg liggen onze broden versgebakken klaar, oeh wat ruikt dat lekker. Ik kan er bijna niet vanaf blijven.

 

Broden uit traditionele kleioven…

 

…en heerlijk vers en knapperig!

 

Als we onze bijboot in het water leggen om terug te varen naar de Amuse zien we naast ons een donkerdere vlek in het water. We denken dat het een rots is dus daar lopen we wel om heen als we het bootje het water in duwen. Totdat die vlek beweegt… oops, een pijlstaartrog. Wij waren er bijna op gaan staan. Er zijn mensen die dat niet kunnen navertellen. Goed uitkijken hier dus. Later vertelt een limen-de lokale visser, Dave, ons dat ze hier vaak zitten om visafval dat hier het water in gaat op te smikkelen. Dave geeft ons ook nog tips om onze vangst te verhogen (waarvoor niet veel hoeft te gebeuren, één is genoeg 😊): bonito als levend aas. Dat lusten alle grotere eetbare vissen in de Caribische zee kennelijk graag. Dat knopen we in onze oren! Zelf heeft hij er eens een grouper van 1,9 meter mee gevangen. Niet zomaar stoeremannenpraat, we hebben bewijs op de foto gezien. Daar zouden we een mooie strandbarbecue van kunnen houden! Sowieso heeft Dave hele scherpe oplettende vissersogen, want hij wijst ons op walvissen in de baai, wow!

Dé avond in de week in Castara is de donderdagavond. Dan speelt er een steel-band en zijn er ‘bonfires’ op het strand, brandstapels van bamboehout. Het hele strand en strandtent loopt vol, er wordt gekaart, gegeten, gedronken, gelachen, gelimed. En niet dat het speciaal voor toeristen wordt georganiseerd hoor, die zijn er hier amper. Nee, het is echt een wekelijks feestje voor locals.

We limen lekker mee en genieten van de sfeer. De steelband speelt geweldig! Wat een gevoel voor ritme hebben deze mensen toch. Apart alleen dat van de locals er – op één beschonken en/of stoned vrouw na – er niemand danst. Zo raar, dat hadden we echt wel anders verwacht. De muziek klonk prachtig en wij hebben met een beetje ingetogen bleekneuzenswing ongelooflijk genoten van deze Caribische klanken.

 

Hartstikke gevaarlijk hier in de tropen

 

We hebben het gevonden!

 

Deze mensen weten wel raad met olievaten, potten en pannen

 

Niks boven een goede strandfik

 

Of als je liever levend beeld hebt:

 

 

In Castara doen we verder wat kleine klusjes aan de boot en snorkel ik bij de riffen in de buurt. Ook bekijk ik alvast kritisch het onderwaterschip, zodat we weten wat ons staat te wachten als we binnenkort de boot het water uithalen voor onder andere antifouling, anodes en de schroef. Ook zie ik al snorkelende dat het anker in deze baai eigenlijk niet al te best ligt. Het is hier behoorlijk rotsachtig op de bodem en dan kan ons anker niet goed ingraven. Voor weinig wind is het prima, maar er worden stevige wind en behoorlijke deining voorspeld en dan liggen we in deze baai niet zo goed.

De ochtend vóórdat de wind op komt zetten, zeilen we weer terug naar Store Bay, daar lag ons anker heel erg stevig (eerder getest met windvlagen die we bij tropische buien om de oren kregen) en daar is ook minder deining te verwachten, wel zo fijn voor de nachtrust. Na een stukje geweldig zeilen met een lekkere ruime bries en begeleid door dolfijnen (we krijgen géén genoeg van deze geweldige dieren) plonzen we ons anker weer voor het strand van Store Bay.

 

Jaaa! Dolfijnen rond de boot! We krijgen er geen genoeg van

 

In Store Bay steekt deze schildpad af en toe nieuwsgierig het koppie boven water

 

Eenmaal terug in Store Bay komt ook het besef dat we niet onbeperkt de tijd hebben in Tobago. We willen door naar Grenada om van het eiland te genieten maar óók om daar grotere onderhoud- en reparatieklussen te doen. Formeel is 1 juni het orkaanseizoen in het Caribisch gebied begonnen, piekt in augustus en september en is eind november weer voorbij. Hoe noordelijker we komen in deze periode, hoe groter het risico dat we met dit natuurgeweld te maken krijgen. Dat willen we absoluut niet opzoeken. Grenada wordt over het algemeen als veilig beschouwd, maar het liefst willen we het orkaanseizoen verblijven in Aruba, Bonaire of Curaçao. Deze eilanden liggen buiten de normale route waarover orkanen zich bewegen. Nu is het zo dat meteorologen zich ontwikkelende orkanen dagen van te voren aan zien komen, dus we hebben tijd om op een veilige plek te komen. We kijken elke dag naar deze verwachtingen, maar stress willen we er niet van hebben. Dus al met al moeten we ook maar eens naar Grenada, ook al is er vast nog veel te zien en te beleven in Tobago.

Onze laatste dagen in Tobago kopen we verse groente en fruit, proberen de lokale culinaria nog eens uit (tops: nootmuskaat ijs, skewers grill, rumpunch en verse vis natuurlijk), vullen onze watertanks bij met de jerrycans (een ochtendklus), bereiden de tocht en verblijf in Grenada voor en trekken ook nog even de omgeving in. We wandelen via achterafweggetjes naar Buccoo door kleine woonkernen, gebieden die op oude plantages lijken, door kleine stukjes regenwoud en door moerasachtig gebied. Het valt ons op dat de mensen buiten de toeristische gebieden nog een slag vriendelijker zijn. Altijd even een praatje, zeker nu over het WK voetbal, maar ook over hoe mensen hier met elkaar omgaan. We krijgen van locals mango’s mee en leren nog wat meer over vissen.

Wat een fijn en mooi eiland vinden we Tobago, we hebben genoten!

 

Hier zouden we wel eens tijdens de zondagsmis bij willen zijn!

 

Deze kleurencombinatie zie je niet zo vaak op een Nederlandse Vinex woning, hier past het!

 

Er zijn helaas Tobagianen die niet kunnen lezen en hun eigen natuurschoon kennelijk niet waarderen

 

5 gedachten over “Lekker Limen”

  1. Wat een paradijsje is dat! Prachtig in woord en beeld. Thanks.

    En Stijn, ik weet zeker dat Yvet het stiekem ook wel leuk vindt als je af en toe een keer een handkusje geeft als je aan het roer staat. Knipoogje erbij en ze hangt in de punt van de boot 😉

  2. Dick en Lenneke

    Pas maar op met het nemen van een duik, want die haaien zullen wel boos zijn op jullie: met die haaien burgers in jullie buikjes. We genieten mee! Prachtig allemaal!

  3. René en Truus

    Met enige vertraging… Wij hadden al een ander gehoord/gezien, maar wat is het toch telkens weer schitterend het hele verhaal in woord en (bewegend ) beeld te volgen.
    Yvet, niet alleen Stijn is trots op jou, ik ook. Je bent een kanjer! Goed gevoel geeft dat hè, angst overwonnen (zegt degene die stoeide met hoogtevrees).
    Passen jullie wel op voor al die gevaarlijke dieren, bomen, planten en vallende cocosnoten? Stijn, jij kunt toch precies uitrekenen met welke kracht een vallend lichaam neerkomt. Zou wel een erg sneue manier zijn om een hersenschudding (of erger) op te lopen ;-)! Want wij willen jullie t.z.t. toch écht weer heelhuids terugzien!!!
    Dolfijnen… waarom spreken die toch zo tot de verbeelding, magisch, zo close hadden we ze nog niet in beeld.
    Geniet fijn verder, liefs, knuffels en heel veel XXX

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *